Kieft prijst Jans vooral om zijn mensgerichte aanpak, een eigenschap die volgens hem bij veel trainers ontbreekt. “Veel coaches kijken alleen naar prestaties op het veld en vergeten de mens achter de voetballer. Ron Jans doet dat anders. Hij vraagt hoe het met je gaat, weet wat er speelt in je leven, en dat wordt enorm gewaardeerd.” Dat deze persoonlijke benadering leidt tot een betere sfeer en samenwerking binnen een team, lijkt hem overduidelijk. Jans is geen man van harde hand, maar wel van zachte kracht. “Sommigen noemen dat soft, maar de meeste spelers vinden het juist prettig.”
Jans’ prestaties liegen er ook niet om. Met FC Utrecht staat hij na elf wedstrijden knap op de tweede plek in de Eredivisie, tussen de traditionele grootmachten. Kieft wijst erop dat dit geen toeval is. “Zijn vermogen om spelers het beste uit zichzelf te laten halen, gecombineerd met een duidelijke visie op het spel, maakt hem een toptrainer.” Maar ondanks zijn indrukwekkende cv lijkt een kans bij een topclub altijd buiten bereik te zijn gebleven. “Het blijft onbegrijpelijk dat minder succesvolle coaches wél een kans kregen, terwijl Jans keer op keer bewijst dat hij het niveau aankan.”
Toch lijkt Jans daar inmiddels zelf vrede mee te hebben. FC Utrecht is zijn laatste club, zo heeft hij aangegeven. En hoewel dat voor Kieft voelt als een gemiste kans voor de topclubs, vindt hij het ook bewonderenswaardig dat Jans zijn eigen pad blijft volgen. “Misschien had hij bij een grote club minder vrijheid gehad om op zijn manier te werken, en dat zou zonde zijn.”
Kieft sluit zijn column af met een pluim voor Jans, die volgens hem het toonbeeld is van wat een coach zou moeten zijn. “Met zijn ervaring, successen en menselijkheid laat hij zien dat voetbal meer is dan alleen winnen. Hij bouwt aan mensen, en dat is een kwaliteit waar veel trainers nog wat van kunnen leren.” Of Jans ooit spijt zal hebben van het mislopen van een topclub? “Ik denk dat hij die vraag in zijn eigen kenmerkende stijl zou beantwoorden: met een glimlach en de opmerking dat het goed is zo.” En gelijk heeft hij.